Winter?

Deze maand begint de lente. Was het eigenlijk wel echt winter? De milde temperaturen zijn natuurlijk goed voor de hoge energieprijzen, maar koning winter heb ik nauwelijks gezien. Twee dingen springen eruit: een flinke nachtvorst en een dagje sneeuwpret.

In december hebben we een korte vorstperiode gehad. In de media klinkt al snel het E-woord. We maken elkaar gek, maar die Elfstedentocht is echter ver weg. De eerste vorst zorgt bij ijsverenigingen voor de uitdaging wie in staat is de eerste marathon op natuurijs te organiseren. Vrijwilligers zijn daar dag en nacht druk mee. Geen Nieuw-Buinen of Noordlaren, maar het Friese Burgum heeft de primeur. En we kunnen welgeteld een weekend lang in de buitenlucht schaatsen.

In die periode blinkt de vorst me tegemoet op de stoep als ik vroeg met de auto naar mijn werk ga. Ik druk mijn plastic krabber stuk op de dikke ijslaag. Als ik eindelijk met een klein stukje krabber de ruiten ijsvrij heb, stap ik in de koude auto en merk dat mijn zicht nog steeds grijs is, ondanks de blower die op standje vier staat te blazen. Ook aan de binnenkant blijken er ijsbloemen op de voorruit te zitten.

Ernstig verlaat rij ik weg, geen rekening gehouden dat ik zo lang moest krabben. De straat is glad, dus ik moet voorzichtig zijn. Vorst zorgt voor een bepaalde traagheid, je wordt gedwongen behoedzamer te bewegen. Gelukkig zijn de wegen buiten mijn wijk goed begaanbaar. Vannacht is er vijf miljoen kilo zout gestrooid in Nederland.

Het dashboard geeft aan dat het min zeven is. Het heeft wel wat om in het donker door een berijpt landschap te rijden met al die bevroren slootjes. Bij de waterkant hangt een mistvlaag die het allemaal nog mysterieuzer maakt. In de achteruitkijkspiegel zie ik dat de zon een poging doet om op te komen. Een laagje rood kleurt de horizon achter me. Het hotel met de tukan op het dak lijkt ineens op een sneeuwarena. Ieder moment kan het gejuich van enthousiaste schaatsfans mijn auto binnendringen. Ik passeer een bestelbusje, ‘t IJskarretje staat erop. Ik toeter, het is een collega. Nu de temperatuur laag is en de dagen donker zijn, is er minder belangstelling voor Italiaans schepijs en heeft hij een winterbaantje moeten nemen. Gedeelde smart…

De tweede opmerkelijke winterdag is op een vrijdag in januari. Vandaag heeft het KNMI een flink pak sneeuw voorspeld. Ik ben op de redactie in Hilversum en kijk hoopvol naar buiten. Vanochtend op de fiets was er nog niks aan de hand. Maar nu begint de lucht te betrekken en dwarrelt de eerste sneeuw naar beneden. En niet zo beetje ook. Iedereen op de redactie is onrustig. We houden het niet meer. Zin in een sneeuwballengevecht? Jas aan, sjaal om, wanten erbij en naar buiten. Met z’n allen naar de stiltetuin die naast het gebouw ligt. Jammer voor de buren maar een half uur lang is het gedaan met de rust. Als kleine kinderen genieten we van de verse sneeuw die uit de hemel valt. Het plakt goed, dus uitstekend geschikt voor een sneeuwballengevecht. Links en rechts vliegen de witte ballen om mijn oren; af en toe een voltreffer. Het is heerlijk om je zo even uit te leven. Met rode konen gaan we uiteindelijk weer naar binnen. We kloppen de sneeuw van de kleding en schoenen. Maar goed ook dat we er volop van genoten hebben, want achteraf blijkt het de enige echte winterdag te zijn geweest.

Geef een reactie