Identificatie

‘Wanneer wist je dat je op jongens valt?’ wordt vaak aan mij gevraagd. Dat moment is vrij vroeg. Op de lagere school zitten we tijdens de gymles op lengte – van klein naar groot –  op de banken aan de zijkant van de zaal. Een jongen uit mijn klas met zijn blauwe glanzende sportbroekje zit naast me. Als ik naar die verrukkelijke benen kijk weet ik dat ik anders ben dan de andere jongens, want dat uitzicht zorgt voor een aangename kriebel in mijn onderbuik. Ik weet instinctief dat mijn gevoel afwijkt van de gangbare norm.

Op jonge leeftijd is het goed om je ervaringen te kunnen spiegelen. Bijvoorbeeld door over soortgelijke situaties te lezen en daarmee te realiseren dat datgene wat je voelt niet vreemd of apart is, maar dat meerdere mensen met gevoelens voor hun eigen geslacht rondlopen.

Tegenwoordig is de coming of age literatuur een eigen genre, met een ruime LHBTIQ+ afdeling, maar in mijn jeugd moet je het met een lampje zoeken. Hoe verrassend is De Taal der Liefde en Lieve Jongens van Gerard Reve voor me. Het boek speelt zich af in het bed van de ik-persoon, Gerard Reve zelf, ook wel ‘Wolf’ genoemd. Hij ligt in zijn bed met de jongere ‘Woelrat’ en vertelt hem verhalen, die romantisch maar vooral erotisch van aard zijn. Ik lees het met een broeierige opwinding die verder gaat dan rode oortjes. Het is een feest der herkenning, maar toch doe ik speciaal een apart kaft om het boek om thuis vervelende vragen te voorkomen.

Zo zijn er ook iconische films die mij als jonge homo helpen mijn identiteit te vormen. Al is dat wel weer jaren later. Wat te denken van My beautiful laundrette (Stephen Frears 1985). https://youtu.be/k_uVUBcHjzk Wanneer de Pakistaanse Omar de wasserette van zijn oom overneemt, is hij vastbesloten er een paleisje van te maken. Zijn jeugdvriend en ex-National Frontlid Johnny komt hem daarbij helpen. Al snel worden ze minnaars en beginnen de problemen. Johnny wordt noch door de Pakistaanse gemeenschap geaccepteerd noch door zijn vroegere racistische vrienden. Ondertussen begint Omars familie zich af te vragen of Omar niet een keer moet trouwen. Deze klassieker geeft een pakkend beeld van de tijd, maar is ook een universeel pleidooi voor de liefde. En Daniel Day Lewis heb ik als de prachtige rebelse Johnny voor altijd in mijn hart gesloten.

Een andere film die veel indruk heeft gemaakt is Maurice (James Ivory, 1987). https://ok.ru/video/1980784183878 Het verhaal speelt zich af in het benauwende aristocratische Engeland van rond 1900 waar een volkse jongen ineens voor seksuele verwarring zorgt bij een paar upperclass jongemannen. Na deze mancrushes op het witte doek te hebben gezien, ga ik meteen het gelijknamige boek van E.M. Foster lezen (en zijn andere prachtige boeken), maar dan zitten de beelden van de jonge acteurs Maurice (James Wilby), Clive (Hugh Grant) en Alec (Rupert Graves) al in mijn hoofd geprent.

Er zijn ook gayfilms waarin ik mezelf minder herken. Enigszins gegeneerd heb ik naar Taxi zum Klo (Frank Ripploh 1981) gekeken. https://youtu.be/nUCLrYDpom0  Een leraar gaat met een taxi naar een openbaar toilet en laat de kijker getuige zijn van anonieme seks boven het urinoir. En dat was nog maar het begin van een paar confronterende scenes in deze film. Zeker geen vanille-seks.

Wat me ook opvalt is dat de verhalen in dergelijke films niet vaak een ‘en ze leven nog lang en gelukkig einde’ hebben. Kijk bijvoorbeeld maar eens naar de homoklassieker bij uitstek Brokeback Mountain (Ang Lee 2005) https://youtu.be/kMA30rThECg Twee cowboys in Wyoming tijdens de jaren 60 die verliefd worden en wier relatie over een langere tijd gevolgd wordt. Doordat hun milieu homoseksualiteit niet aanvaardt, voelen beiden zich gedwongen tot een dubbel leven: ‘normaal’ (maar ongelukkig) gehuwd met een vrouw voor de buitenwereld en slechts tijdens occasionele ‘vis-expedities’ toegevend aan hun homoseksuele gevoelens.

Misschien is het wel een reëel beeld, maar de afloop stemt je niet vrolijk. En je vraagt je af is dit mijn voorland, moet ik zo door het leven? Gelukkig dat die depressieve sfeer niet de overhand krijgt bij mij.

De lijst met boeken en films is onnoemelijk lang en ik geniet er nog steeds van om ze te lezen of ernaar te kijken. Of het nu is om erbij weg te snotteren of om juist vlinders van in je buik te krijgen.

Op z’n kop

Iedere dag rij ik in het landelijke gebied buiten Hilversum langs een haag van vlaggen die op de kop aan lantaarnpalen en ander straatmeubilair zijn opgehangen. Steeds krijg ik een glimlach op mijn gezicht, mede omdat er ook een klein beetje boerenbloed door mijn aderen stroomt. In de ochtend krullen de vlaggen zich nog vaak om de paal, maar ‘s avonds waaien ze fier uit. Zo weerspiegelen ze mijn gemoedstoestand: in de ochtend nog met slaapkreukels op mijn gezicht, vele uren later op weg naar huis, blij dat het werk er voor deze dag weer op zit.

De eerste keer dat ik een vlag aan een hek bij een weiland zie hangen, kijk ik ernaar zonder door te hebben dat er iets niet klopt, totdat ik besef dat het nationale dundoek op z’n kop hangt. Nadien constateer je dat hetzelfde aan de hand is met elke gevlagde trekker die deelneemt aan de diverse protestacties.

Sinds een week of twee hangen veel straten in boerendorpen vol omgekeerde vlaggen. Het dient om aan te geven dat er in ons land iets ernstigs aan de hand is. Boeren willen laten zien dat ze in nood verkeren. Ze voelen zich in hun voortbestaan bedreigd.

Ik begrijp de boerenacties wel. Decennialang is erop aangedrongen om je boerenbedrijf uit te breiden, vooral te denken aan schaalvergroting. Kleine keuterboeren hebben geen bestaansrecht meer. Maar dat die intensieve veeteelt op den duur zijn tol gaat eisen voor mens, dier en milieu is min of meer op je boerenklompen aan te voelen. Nu de stikstofuitstoot te groot is, wil de regering (eindelijk) ingrijpen. Maar de gedwongen inkrimping is een lastig boodschap voor meerdere kabinetten die een grote achterban onder de boeren hebben. Steeds schuift men een beslissing voor zich uit totdat in 2019 de Raad van State er een stokje voor steekt, met het huidige stikstofplan tot gevolg.

Dat dit de woede oproept bij de boeren begrijp ik wel. Het effect van de huidige stikstofplannen is dat de helft van de boerenbedrijven moet stoppen of inkrimpen. Dat leidt tot wanhoop of erger tot zelfdoding omdat je geen uitweg meer ziet voor je bedrijf. Want hoeveel regels en aanpassingen zijn er wel niet de laatste decennia voorbijgekomen? Heb je net een enorme investering gedaan, ‘waardoor de dakpannen op je boerderij rammelen van Rabo, Rabo, Rabobank,’ zoals mijn vader – boer zaliger – altijd placht te zeggen, volgt er weer een andere maatregel uit Den Haag. Dan weet je als boer op een gegeven moment ook niet meer waar je aan toe bent en hoe je die investering ooit terug kunt verdienen.

Er hangt een enorm zwaard van Damocles boven de boeren. Dat schept geen rooskleurig toekomstperspectief, ook niet voor eventuele opvolgers. Boeren zitten in de tang. Ik snap wel dat je daarom op je trekker springt en het land doorkruist om snelwegen te versperren of distributiecentra van supermarkten te blokkeren om aandacht te genereren en andere plannen voor te stellen.

Als het kabinet ruimschoots geld (de ingreep gaat waarschijnlijk 40 miljard kosten) vrijmaakt om boerenbedrijven met een te hoge stikstofuitstoot uit te kopen, gebruik dan dat geld voor alternatieve mogelijkheden om hen een duurzame toekomst te bieden. De taak van de overheid is om de boeren daarbij mentaal en financieel te ondersteunen met nieuwe spelregels voor de hele keten waar eerlijke prijzen en verdienmodellen deel van uitmaken. Want er zijn bij dit probleem meerdere schakels betrokken die meer aan het boerenproduct verdienen dan de boer zelf: de veevoederfabrikanten, de gewasbeschermingsindustrie, de banken, de supermarkten, de kennisinstellingen en ook de consumenten.

Maar wat doet het kabinet? Dat gaat eerst zes weken met reces om dan een gesprek te willen beginnen met een onderhandelaar die aan de wieg staat van het plan dat nu ter tafel ligt en waarvan de stikstofminister zegt dat ze zich daar koste wat kost aan wil houden.

Ik ben in staat om een vlag te gaan kopen en hem met het blauw naar boven aan mijn balkon te hangen, waar geen Rijkswaterstaat hem kan verwijderen.

Vakantieheimwee

Het asfalt plakt onder mijn lompe werkschoenen. De warmte is onverdraagbaar als ik mijn auto instap. Meteen doe ik de ruiten open om een maximum aan koele lucht binnen te krijgen. De schaduw van mijn i10 rijdt voor me uit. Mijn zijspiegels doen denken aan de oorkleppen van een Zeeuws meisje. Ik word verblind door de felle zon in de achteruitkijkspiegel, zodat ik niet precies kan zien wat er achter mij gebeurt. Op de autoradio zingt Bono. https://youtu.be/co6WMzDOh1o

‘It’s a beautiful day

Sky falls, you feel like

It’s a beautiful day’

Vier roeiers oefenen hun gezamenlijke slag om met hun boot het spiegelende water van de Hilversumse Vaart gelijkmatig te doorklieven. Op de Loosdrechtse Plassen zeilt nu nog een bootje solo. Later op de dag zal de plas vol zijn en scheert men langs elkaar om de beschikbare vaarruimte te vinden tussen ronkende jetski’s door. Vandaag zoekt iedereen terecht verkoeling en plezier op het water en het kleine strandje.

‘The traffic is stuck

And you’re not moving anywhere’

Twee kauwen zitten te snavelen op een lantaarnpaal. Waar je zin in hebt met deze hitte? Vissers hebben zich vroeg in het groen verscholen en zitten aan de waterkant te wachten op een eerste beet. Alleen hun hengel verraadt hun aanwezigheid. Koeien grazen hutjemutje om straks loom op een schaduwrijk plekje te gaan liggen herkauwen. Midden in het weiland wappert een witte vlag, alsof iemand hier een stukje niemandsland voor zichzelf heeft geclaimd. De geur van hooi dringt via de airco de auto binnen. Aan de rand van het land staat een stil protest op een boerenkar: No farmers no food!

Op een cruiseboot in het Amsterdam-Rijnkanaal is een matroos bezig het passagiersdek blinkend te poetsen. Een telefooncelgroene motor zoeft me op de A2 voorbij. Gestroomlijnd loopt het zwarte leer van zijn jack over in het zadel achter hem. Neem me mee op je motor. mister Kawasaki!

‘You’re on the road

But you’ve got no destination’

Toe aan vakantie! Wat zou ik graag met die blauwgele trein mee willen rijden naar Maastricht om op een terras op het Onze Lieve Vrouweplein een Wieckse Witte te drinken. Verkoeling te zoeken in het Bonnefantenmuseum en daar de Middeleeuwse houtsculpturen uit het Maasgebied bewonderen. Of onder te duiken in de ondergrondse gangen van de kazematten. En de onvervalste Maastrichtse tongval om me heen te horen. Miljaar, wat heb ik daar zin in.

‘It’s a beautiful day

Touch me

Take me to that other place’

Witte strepen doorklieven de strak blauwe hemel boven mij. Vliegtuigen vinden hun weg naar verre bestemmingen. Wat zou ik graag de rust en ruimte in de prachtige natuur van Finland zoeken met haar duizenden meren en talrijke bossen. Me hullen in het eeuwig durende licht van de middernachtzon. Eventueel wat muggen van me afslaan, dat heb ik er graag voor over… Een duik nemen in een koel meertje om even overal van bevrijd te zijn.

‘Oooh, ooh, it’s a beautiful day

Don’t let it get away’

Het zweet staat me al op mijn rug voordat ik één stap in de distributiehal heb gezet. Dat gaat wat worden met die hitte vandaag. Waarschijnlijk geen aangepaste targets op grond van de heersende tropische temperaturen. Collega orderpickers lopen in korte broek en topje naar binnen. Ik volg ze gelaten…

‘Goedemorgen, meneer Jan,’ groet het vriendelijke Oekraïense meisje me bij de lockers.

‘Take me to that other place

Reach me

I know I’m not a hopeless case’

Dank je, Bono, ik probeer er ondanks de drukkende warmte en het toenemend vakantieheimwee een mooie dag van te maken.

Een ontregelende ontmoeting

Een aantal maanden geleden zag ik de Finse film Hytti nro 6, een ontroerend drama over twee mensen die noodgedwongen een slaapcoupé in de trein naar Moermansk delen. Laura wil daar de petrogliefen gaan zien, rotstekeningen uit de prehistorie. Ze zit dagenlang opgescheept met de Russische mijnwerker Ljoha. Een lompe, seksistische jongen, die wel een slokje wodka lust.

Waar het naartoe gaat met die twee mensen in coupe 6 dat kunnen ze alleen zelf bepalen. Het is niet dat we hen veel beter leren kennen. Het is meer dat ze elkaar onwillekeurig aansporen zichzelf te herzien, dingen te doen die ze niet van plan waren. Dat is het ontregelende effect van de ontmoeting met een vreemdeling. Ik kan de film aanraden. https://youtu.be/ufSio3y6dWY

Een aantal weken geleden werd in Oslo een aanslag in een gaybar gepleegd. Jarengeleden bezocht ik deze London Pub tijdens mijn vakantie. Ik heb mooie herinneringen aan die bar, het is een ontmoetingsplek waar ik me gek genoeg senang en op mijn plaats voel. Dat heb ik niet bij iedere homotent. Ik raak in gesprek met Giovanni, een Milanees. Met zijn Italiaanse temperament en ontwapende blik weet hij zich voor mij te winnen.

Ik ben al een paar dagen in de Noorse hoofdstad en vertel vol enthousiasme over mijn bezoek aan het Vigeland-beeldenpark. Hij vraagt of ik hem daar morgen wil rondleiden. Dat neem ik met beide handen aan, want de meer dan tweehonderd bronzen, graniet en gietijzeren sculpturen van de Noorse beeldhouwer Gustav Vigeland hebben indruk op me gemaakt en ik vind het geen straf om ze nogmaals te zien. En Giovanni is aangenaam gezelschap. Twee mensen, twee vreemden in een voor hen beiden nieuwe omgeving, ik ga de uitdaging aan.

’s Middags (het is laat geworden die nacht) staat hij op de afgesproken plek. Met de tram gaan we naar het Frogner Park. Het is schitterend weer en we zijn niet de enige bezoekers. Opnieuw imponeren de naakte beelden me en ik merk dat ook Giovanni geniet. De beelden symboliseren de kringloop van het menselijk leven en de menselijke emoties. Onderaan de brug is de ontwikkeling van een embryo tot een kleuter te zien. Grappig is het beeld van de boze jongen, wiens hand is verkleurd omdat hij steeds wordt aangeraakt. Langzaam klim je de trappen op naar boven om te eindigen bij een veertien meter hoge monoliet waarop op elkaar klimmende menselijke figuren zijn afgebeeld. https://youtu.be/07XuZCnWAnE

Al kuierend langs de prachtige beelden lichten we een beetje van elkaars levenssluiers op. Hij is werkzaam in de mode en zegt dat hij straks, als ik dat wil tenminste, enkele modezaken met mij in Oslo wil bezoeken. Want eigenlijk is hij hier niet met vakantie maar voor zaken. Een nieuwe wereld voor mij. Zeker als het om vrouwenmode gaat. Ik laat me verrassen door de nieuwste modetrends in chique winkels zoals Kouture en Melody Modes, in en rondom de Karl Johanns Gate.

’s Avonds spreken we weer in de London Pub af. Het is een opmerkelijke avond. Een Viking die net bruinverbrand terugkomt van vakantie uit Mykonos heeft een oogje op Giovanni. De Noor laat er geen gras over groeien. Hij danst letterlijk en figuurlijk de gehele tijd om de Italiaan heen. Maar Giovanni aarzelt. Ik zeg tegen hem dat hij niet aan mij gebonden is en vrij is in zijn doen en laten. Het tafereel is een soap op zich. Ik moet er inwendig om lachen hoe het spel gespeeld wordt.

Aan het einde van de avond fluistert Giovanni in mijn oor dat hij wel met de geile Viking mee naar huis wil maar dat hij bedongen heeft dat de deal alleen doorgaat als ik mee mag. Ik frons mijn wenkbrauwen. Laat het voorstel even bezinken en denk: what the f*ck, waarom ook niet?

In een taxi verlaten we de meest aangename kroeg van Oslo om te verdwijnen in de nacht die nog lang duurt en een brandpunt in mijn herinnering zal zijn.

Tour de force

Afgelopen vrijdag is de belangrijkste wielerwedstrijd ter wereld weer van start gegaan. Een dag eerder dan normaal en nog nooit is de Grand Départ zo noordelijk geweest, namelijk in Denemarken.

Facebookvrienden zijn gewend om deze drie weken elke dag een verhaal over de Tour de France van mij te krijgen. Maar zoals je misschien al ontdekt hebt, is dat dit jaar niet het geval. Niet dat ik er geen zin in heb of dat ik geen Tour meer volg, maar het ontbreekt me gewoon aan tijd en energie om er iedere dag een story van te maken. Want ik probeer bij de werkelijke gebeurtenissen in de Tour aan te sluiten en elke dag staat een deelnemer of iets dat gerelateerd is aan de wedstijd in het spotlicht. Daar laat ik dan mijn fantasie op los. https://taalmens.nl/vrijdag-de-dertiende/

Niet dat het dit jaar geen interessante koers is of dat er geen verhalen te vertellen zijn. Het begint al spectaculair met een proloog in regenachtig Kopenhagen met de stevige emoties van Yves Lampaert, een eenvoudige Belgische boerenzoon, zoals hij zichzelf omschrijft die niet kon geloven dat hij de tijdrit heeft gewonnen en daarmee gedoodverfde winnaars achter zich laat. Zaterdag komt het sprookjesdebuut van sprinter Fabio Jakobsen uit. Hij wint in zijn eerste Tourdeelname, de sprint. Fabio schrijft daarmee een volgend hoofdstuk in het boek dat hij met een andere Nederlandse sprinter deelt, Dylan Groenewegen, na hun vreselijke crash in Polen, die Jakobsen bijna fysiek fataal werd.

Hoe mooi is het dan dat in de rit van zondag diezelfde Groenewegen, tijdens zijn comeback, de sprint nipt wint en zo hopelijk een flinke punt achter zijn mentale ellende kan zetten… Kortom, het zijn drie doldwaze dagen tussen de wielerenthousiaste Denen.

Ik kijk echt uit naar de komende drie weken. Hoe verloopt de krachtmeting tussen de klassementsrenners? Gaat het Primož Roglič dit jaar lukken om zijn Sloveense landgenoot Tadej Pogačar af te troeven? Blijft hij op zijn fiets zitten en komt hij nu wel als winnaar in Parijs aan? Of gaat de Deen Jonas Vinegaard er als een lachende derde met de winst vandoor? Gaat Wout van Aert als über-allrounder in het groen rondrijden? En zorgt Mathieu van der Poel weer voor een Nederlandse gele trui? Welk jong talent schiet onverwachts uit zijn slof en doet alle wielerfanaten versteld staan?

Oh, ik vind het drie spannende weken en ik smul van de verrichtingen van de mannen in lycra. Daar valt veel over te vertellen. Alleen zo’n stukje schrijf je niet in een achternamiddag, dat is een tour de force. Je kan van tevoren uitstippelen wat je zou willen behandelen, maar als je voor een renner hebt gekozen – en in het ergste geval al een verhaal hebt geschreven – en de desbetreffende renner is uit de wedstrijd door een val of coronabesmetting, dan kan je relaas in de prullenbak. Dat risico wil ik niet lopen. Dat zorgt voor onnodige pressie – het huidige leven is al stressvol genoeg – en ik wil lekker ontspannen de Tour kunnen volgen. Ik heb een rustjaar ingelast. Misschien een andere keer weer mijn bijdragen, maar ditmaal geen bijzonderheden over kasseien, het Meer van Geneve, de Middeleeuwse stad Cahors, het bedevaartsoord Rocamadour of de geschiedenis van de Alpe d’Huez. Nee, helaas, nu even niet…

Overdosis

Afgelopen zaterdag moest ik inspringen op de afdeling Aankomst Goederen. Het is een drukke dag op het distributiecentrum. De bulk aan artikelen die binnenkomt moet snel worden verwerkt. Dat wil zeggen: uitgepakt, geteld en gesorteerd in blauwe kratten zodat ze op de lopende band kunnen naar de afdeling waar ze in de schappen worden gelegd voor de orderpickers.

Deze functie is nieuw voor me en ik krijg een korte uitleg wat er moet gebeuren. Een scanner is mijn belangrijkste instrument en natuurlijk mijn stanleymes. Enthousiast ga ik aan de slag. Trolley met binnengekomen dozen pakken, scannen en de barcode van het artikel in die doos aflezen. Het aantal controleren en met precisie over de blauwe kratten verdelen. De scanner geeft aan hoeveel er in een krat moet.

Naast me staat een trolley voor het vrijgekomen karton en daarnaast een enorme afvalemmer voor het overtollige plastic. Beide zijn in een mum van tijd vol. Wat mij opvalt is het vele verpakkingsmateriaal dat er in dit bedrijf omgaat. Natuurlijk, het is nodig om de producten te kunnen vervoeren en te beschermen tijdens transport en opslag. Maar is het allemaal logisch verpakt?

Een voorbeeld: onderbroeken komen aan in een doos waarin ze per drie setjes van drie stuks (dus in totaal negen) in plastic verpakt zitten. Dat plastic moet eraf, want ze worden per setje van drie verkocht die bij elkaar in een kartonnetje gewikkeld zitten. Waarom dan deze in mijn ogen onnodige extra plastic verpakking?  

Terwijl het zweet me van het voorhoofd biggelt, denk ik wat een verspilling aan verpakkingsmateriaal en extra werk als je iets via internet bestelt en thuis laat bezorgen. Kan het niet anders?

Tuurlijk ik ken als orderpicker het gemak als een artikel met een hangertje in plastic is verpakt, want dat scheelt een hoop tijd en geworstel met de haakjes die in elkaar blijven haken. Om over de frustratie als het hangertje in het gaas van de pickkar verschrikt raakt, nog maar te zwijgen. Waarom zit er überhaupt een hangertje bij? Dat is makkelijk voor in de winkel. Maar dit artikel komt nooit in een winkel. Veel dingen die naar mijn idee niet logisch zijn. Maar ik heb geleerd dat je bij dit werk niet te veel vragen moet stellen of logisch moet redeneren.

Later nadat de artikelen via de shuttle bij de inpakkers terechtkomen, gaan ze opnieuw in een doos voor het vervoer naar de klant. Als het artikel breekbaar is gaat er noppenfolie omheen en soms nog een extra beschermlaag van bubbelplastic aan de binnenkant van de doos. Dat is veel verpakkingsmateriaal.

Is het een strijd tegen windmolens om afval te besparen in de logistiek? Zijn er slimme en duurzame oplossingen in de e-commerce als het om verpakkingen gaat? Het bedrijf verzekert me dat het haar verantwoordelijkheid neemt als het om het milieu gaat en dat negentig procent van haar verpakkingsmateriaal recyclebaar is.

Gelukkig is er bij de nieuwe productielijn een slim systeem in gebruik waarbij door de robot gekeken wordt naar de inhoud van de doos die naar de klant gaat. De kartonnen doos is van een speciale rillijn voorzien die ingedrukt kan worden, zodat er geen loos opvulmateriaal bij hoeft. Dat is een besparing van plastics en schuimfolie. Dus in ieder geval minder loos afval!

Ondertussen werk ik de overige dozen op de trolleys weg.

Ode aan de zon

Als morgen, 21 juni, de zon opkomt vallen de stralen in het Engelse Stonehenge precies op de zogenoemde Heel Stone. In Tikal in Guatemala maakt de opkomende zon op een van de Mayatempels een schaduw alsof een slang naar beneden kruipt. Flevoland heeft ook een eigen symbolische zonnetempel nabij Lelystad, het Observatorium Robert Morris. Daar moet je eigenlijk een keer in je leven de opkomst van de zon op de langste dag hebben meegemaakt.

In mijn lokale omroeptijd maken we een reportage over de zonnewende. Het is vroeg uit de veren om voor vijf uur ter plekke te zijn, maar je krijgt er ook wat voor terug. Als je plaats neemt op de steen midden in de binnenste cirkel kan je de opkomende zon tussen de linker wig het beste beleven. Al treffen we het niet, want het is koud en regenachtig. Niet bepaald een heerlijke zomerse dag.

Het Observatorium van de Amerikaanse kunstenaar Robert Morris (1931-2018) is een van de inmiddels vele landschapskunstwerken in de Flevopolder. Daarmee heeft de provincie misschien wel de grootste collectie van land-art per vierkante kilometer ter wereld, een combinatie van monumentale beeldende kunst en architectuur.

Het kunstwerk stond eerst in Velsen in verband met de openluchttentoonstelling Sonsbeek Buiten de Perken (1971). Er waren plannen voor een woonwijk en toen het moest worden afgebroken ontstond het idee om het in de IJsselmeerpolder weer op te bouwen. Een stukje groter, want er was wat meer ruimte. De Rijksdienst van de IJsselmeerpolders bood een kavel aan. Met dezelfde machines waarmee de sloten en dijken zijn aangelegd wierpen ze de aarden wallen op. Ze vonden het aanvankelijk wel raar, dijken en sloten daar kun je wat mee, maar zo’n kunstwerk wat is daar de zin van?

Van bovenaf lijken de cirkelvormen, omsloten door aarden wallen, wel op een afdruk van een ufo of graancirkel. Aan de oostzijde staan drie vizieren: de twee buitenste van Beiers graniet bevinden zich op een heuveltje. De middelste bestaat uit twee forse stalen platen. Driehoekige houten tunnels geven toegang tot het centrum van dit unieke object. Wie op de steen in het midden staat, ziet door drie smalle openingen in de aarden wal de vizieren. Het linker vizier markeert de zomerzonnewende, het punt waar de zon op de langste dag (rond 21 juni) even na vijf uur ’s ochtends precies in het vizier omhoogkomt. Door het middelste vizier kun je in de lente (21 maart) en herfst (21 september) de zon zien opkomen, als de dag en de nacht even lang zijn. Het rechter vizier valt samen met het punt van de zonsopgang op de kortste dag rond 21 december. https://youtu.be/vJBMXeg1IVI

Al veertig jaar vindt in het Observatorium rond de langste dag een poëzie- en muziekfestival plaats: Sunsation. De akoestiek is bijzonder: gesproken tekst zingt rond in de cirkel en het geluid galmt als in een kerk. Zacht gefluister tegen de muur is aan de andere zijde in stereo te horen. Een prima decor om gedichten voor te lezen en muziek te laten rondschallen, terwijl je ademloos staat te wachten op de opkomst van de zon.

Vrije kunst

Na het raadplegen van de buienradar besluit ik toch maar niet met de fiets te gaan. Hoewel het een leuke mogelijkheid zou zijn om genieten van kunst en een tochtje door de natuur te combineren. In de gemeente Wijdemeren is namelijk een kunstroute georganiseerd.

Ik begin in de Oude School van Kortenhoef, waarin tegenwoordig een aantal ateliers zijn gevestigd. In de ontvangstruimte kan je van elke kunstenaar een werk zien en aan de hand daarvan bepaal ik mijn route. In het korte bestek van deze middag maak ik een keuze welke dingen ik graag zou willen zien.

Als ik de auto parkeer op het zojuist gerestaureerde schoolplein wordt mijn aandacht getrokken door een spectaculair beeld dat in het weiland staat: gekleurde flessen vormen het woord VRIJHEID. Met de dreigende lucht erachter is het zeker een foto waard.

Op de begane grond van de school heeft onder andere Maarten Vlam zijn atelier. De schilderijen zijn gereduceerd tot horizontale strepen, kleurrijk en ritmisch. Hij noemt de serie Romantisch Landschap. Het lijkt eenvoudig, zet een lijn en er ontstaat het idee van een landschap. Ik vang een gesprek op met een andere bezoeker. ‘Het lijkt me moeilijk om iedere keer weer een originele titel te bedenken?’

‘Ja, dat is waar. Je kan niet elk werk Titel Onbekend meegeven of een nummer, dan zou ik inmiddels al in de onmogelijke getallen zitten.’

Een nijvere kunstenaar dus. www.maartenvlam.nl

Op naar de volgende locatie. Nu het weer wat slechter is het niet zo druk. Het gevolg daarvan is dat je minder anoniem rond kunt kijken. De kunstenaar in kwestie stapt sneller op je af om vol enthousiasme iets over zijn of haar werk te vertellen. Maar dat is natuurlijk ook de bedoeling van een open atelier.

Elk bezoek is anders en iedere kunstenaar heeft een eigen aanpak. Soms mag je ongegeneerd door hun huis wandelen om het tentoongestelde werk te bekijken. Zo kom je in prachtige huizen en doe je tevens nog wat woonideeën op. Een goed voorbeeld daarvan is Atelier Geertje. Gea Lamme zegt op haar website www.ateliergeertje.nl dat wandelingen in de natuur, reizen en gesprekken met mensen haar gedachten prikkelen en ze deze vertaalt in eigen werk met verf en klei. Ik ben onder de indruk van de schilderijen waarop mensen penseelstrepen lijken op een kleurrijke achtergrond.

De beslissing om met de auto te gaan was een juiste, want de regen valt inmiddels met bakken uit de hemel. Schuilend onder mijn hoodie ren ik naar het volgende adres. Op de Kortenhoefsedijk zitten twee leuke ateliers. Hanke Wiegand herken ik van het beeld van het lezende meisje dat bij de bibliotheek in Hilversum ligt. Dat is een groot werk, maar ze prefereert het maken van kleinere sculpturen. We raken in gesprek over haar beelden op een grote buitententoonstelling in en om de historische singel van Woerden. Er hangt een foto van het werk. Het is jammer dat het een tijdelijke tentoonstelling was en dat de drie blauwe mensfiguren alweer weg zijn. Ze zijn te groot voor haar atelier en zullen de vergetelheid in gaan. Gelukkig zijn de foto’s er nog. https://hanke.app/

Even verderop is het atelier van Ingrid Jansen. Zij is een nieuwe techniek gaan toepassen in haar schilderijen: PhotoPainting. Binnenkort heeft ze met een aantal collega’s een expositie in Amersfoort: We are water, over de rol van water in het leven van mensen. www.ingridjansen.nl

Bij het bezoek aan de schilderijen van Henk Ravenhorst merk ik hoe klein de wereld kan zijn. Hij is woonachtig in Workum, maar verhuist binnenkort terug naar zijn geboortegrond. Voor deze tentoonstelling hangt zijn werk in een kinderopvang. Terwijl ik een foto van een van de schilderijen maak, geeft hij uitleg.

‘Dat werk is nog niet af. Het is een opdracht om een ingrijpende gebeurtenis in iemands leven te verbeelden. Ik ben er nog niet helemaal uit hoe het precies moet worden.’

Ik zeg wat ik erin zie. Hij vraagt of ik ook actief ben in de kunstwereld.

‘Nee.’

‘Vanwaar dan de belangstelling?’

‘Ik heb in Kampen gestudeerd, daar was ook een kunstacademie. Een goede vriendin is beeldend kunstenaar en elke keer als er ergens een kunstroute is ga ik wel even kijken.’

Henk vraagt wat ik nu doe en ik begin over het coachen van beginnende schrijvers.

‘Wat grappig, want ik ben op zoek naar iemand zoals jou om mijn vele anekdotische belevenissen op te kunnen schrijven.’

Als hij zijn verhaal vertelt en over zijn ziekte begint, gaat me ineens een lampje te branden. We hebben een gemeenschappelijke vriendin. Snel wisselen we gegevens uit. Wie weet kunnen we in de nabije toekomst nog iets voor elkaar betekenen. www.hnkrgigsandpics.com

Voldaan kom ik even na vijf uur thuis. Het regent nog steeds. Dit was een goede invulling van de tweede Pinksterdag. Zin in een wijntje. Ik hoef niet meer te rijden.

Uw mening graag

Onlangs is de monteur voor de cv-ketel langs geweest voor de jaarlijkse controle. De afspraak is volledig digitaal gemaakt. Je krijgt een mail met een aantal opties wanneer de monteur bij je in de buurt is en dan kun je intekenen op een tijdslot. Een paar dagen voor zijn komst en de avond ervoor krijg je nogmaals een mailalert dat de monteur langskomt zodat hij niet voor de dichte deur komt te staan.

De cv-ketel is keurig schoongemaakt en weer voor een jaartje goed gekeurd. Twee dagen later volgt het volgende mailtje: ‘Onlangs is onze monteur bij je langs geweest. We zijn erg benieuwd of je hier tevreden over bent. Heb je twee tot drie minuten om ons meer te vertellen over dit bezoek? Daar zou je ons enorm mee helpen. We kijken uit naar je reactie!’

Door op een link te klikken kom je in het korte survey met open- en multiplechoicevragen. Nou is een open vraag stellen aan een verhalenverteller een schot voor open doel want ik kan daar wel een leuk verhaaltje van maken, maar daar zit de klantenservice niet op te wachten. Ze willen weten wat je waardering is voor de monteur die bij je is langs geweest op een schaal van 1 tot 10, waarbij 10 de hoogste waardering weergeeft.

Ik vraag me bij dit soort onderzoeken af of ze zinvol zijn. Stel ik ben ontevreden, dan zal ik daar toch zelf wel een mail of telefoontje aan wijden. Of de monteur stapt met modderschoenen mijn huis binnen dan krijgt zo iemand toch ter plekke daarvoor een uitbrander. Als er echt iets mis is of te klagen of recht te zetten dan weet je de servicebalie van het bedrijf zelf heus wel te vinden. Een hoop gedoe zo’n onderzoekje, waarvoor eigenlijk? Ik bedank de monteur liever persoonlijk bij het verlaten van mijn woning. ‘Dank voor het schoonmaken van de ketel, hopelijk kan ik er nu weer een jaartje mee voort. Nog een prettige werkdag verder.’

Er zijn meer van dat soort voorbeelden.  Als je een film op Netflix hebt gekeken wordt na afloop ook je mening gevraagd, onder het mom dat ze de volgende keer beter op je voorkeur – die ze inmiddels allang weten – kunnen inspelen en met een persoonsgericht aanbod kunnen komen.

Of als je bijvoorbeeld je auto voor groot onderhoud naar de garage brengt krijg je ook zo’n enquête vanuit de dealer. Bij het verlaten van de garage word je vriendelijk doch dringend verzocht om de servicebeurt minimaal met een acht te waarderen of liefs hoger omdat de garage en desbetreffende monteur daar ‘last’ mee krijgt vanuit het hoofdkantoor als je de service van de garagehouder lager waardeert.

Het is toch van de zotte, hoe objectief is dit nog? Bij de laatste keer kreeg ik zelfs een doosje met snoepjes mee waarbij op de buitenkant de aanbeveling was geprint voor een hoge waardering met een aantal smileys.

Wat is dat toch dat bij elke transactie je mening of oordeel wordt gevraagd? Allemaal onder het mom van: jouw mening maakt het mogelijk om onze dienstverlening te verbeteren en je in de toekomst nog beter te kunnen helpen. Nog beter? Als ik net bijna verplicht een tien heb gegeven, hoe is dat mogelijk?

Haperende iPod

Het is schitterend weer. De zon staat hoog aan de hemel. Een prima moment om even de boel de boel te laten en mijn fiets uit de kelderbox te halen voor een tochtje over de hei. Ik zoek de sleutels, mijn zonnebril, smeer me in met factor 50. Op het kastje ligt de iPod. Het handige apparaatje is opgeladen en ik doe mijn witte oortjes in door ze eerst onder mijn T-shirt door te halen. Ik scrol naar de artiestenlijst en maak een keuze. Beth Hart, even lekker wakker worden geschud door blues-rock.

Maar ik ben de straat nog niet uit of het nummer Hiding under water stopt.

‘Hold on, your soul will rise again

I said that…’

Ik steek het voetpad over. Op een veilige plek diep ik de speler uit mijn broekzak. Hij staat in de safe-mode, dus hij kan niet door de druk in mijn broekzak zijn gestopt. De teller loopt, maar ik hoor niks.

Nog dicht bij huis loont het de moeite om terug te gaan en te kijken wat er aan de hand is. Het snoer van het oortje blijkt gebroken te zijn of is in ieder geval gammel. Ik pak de rommeldoos met elektronica erbij om te zien of ik nog een ander oortje heb liggen dat erop past. Elke poging faalt. Maar ik weet zeker dat deze redelijk nieuw is, hij zit nog in zijn originele verpakking. Na enig gemorrel hoor ik Beth weer zingen.

‘Keep the pictures, of the happier days

I can’t stand, to watch them anyways

All I wanted, was to talk to you

Say something – say something…’

De koptelefoonpoort van de iPod is niet helemaal jofel meer, maar ik heb geluid. Alleen is het een kort snoertje, de iPod kan niet in mijn broekzak. Ik heb geen zin om hem tijdens het fietsen de hele tijd in mijn hand te houden. Een idee: ik plak de speler met Gaffertape op borsthoogte aan de binnenkant van mijn T-shirt vast, dat moet lukken. Blij met dit idee ga ik tot de uitvoering over en even later ben ik andermaal op weg naar de hei.

Muziek luisteren en fietsen is een ideale combinatie en ik ben blij met mijn oude speler. Probleem is dat ik allang geen muziek meer kan bijladen of vervangen, met als gevolg dat ik cd’s beluister uit de nuljaren van deze eeuw, maar dat maakt me niet.

Ik las dat de iPod door Apple uit de markt wordt gehaald. De sjeu is er wel vanaf, niemand zit meer te wachten op een losse muziekspeler naast een telefoon. Het was een uniek concept en maakte van Apple een grote speler op de muziekmarkt. Maar door de mogelijkheden van de eigen iPhone en andere Androids plus de komst van streamingsdiensten is daar nu toch een einde aangekomen.

Ik ben nogal nostalgisch ingesteld. Ik ga nog net niet met een discman – die nog ergens in de kast ligt – en mijn oude cassettebandjes de straat op. Ik gebruik mijn telefoon niet als muziekspeler. Dat heeft ten dele ook technische redenen. Een paar keer heb ik op mijn Chinese mobiel naar muziek geluisterd, maar het speciale stekkertje dat ervoor nodig is om verbinding met de earplugs te maken werkt niet lekker, het gaat steeds los, zeker in mijn broekzak. Vandaar dat ik bij mijn oude iPod zweer, die dus nu kuren gaat vertonen. Zolang de plakmethode werkt kan ik gelukkig nog op elk moment van de dag naar mijn eigen muziek luisteren.