Als je zestig wordt is dat natuurlijk speciaal. Nu er coronamaatregelen gelden is het nog specialer. Je mag thuis geen fullhouse uitnodigen. Dat was ik ook niet van plan, want vandaag moet ik werken als orderpicker. Ik wil graag anoniem mijn jubileum vieren, maar bij Randstad zeiden ze: ‘Je bent morgen jarig, we gaan er een mooie dag van maken.’
Wat zijn ze van plan? Ik zie een versierde kar voor me. Jan die de hele dag met een button op moet rondlopen: ik ben 60. Of een snelheidsbord van 60 kilometer per uur op mijn pickkar. Ik wil dat niet!
Nog voor zeven uur sta ik op de werkvloer. Ik heb kar 13 vandaag en ik loop meteen door naar de straten om artikelen te gaan picken. Mooi, die kar kunnen ze niet meer versieren of er iets anders kolderieks mee doen.
Om half acht moeten alle orderpickers zich bij de desk melden. Het zweet druipt van mijn gezicht van de inspanning. Ik droog me af met de theedoek die standaard met een wasknijper aan de kar hangt. Wat gaat er gebeuren?
We krijgen een donderpreek omdat we de dozen verkeerd op de lopende band zetten en de robot ze niet dicht kan vouwen waardoor ze vermorzeld worden. De teamleider laat – als aanschouwelijk onderwijs – twee kapotte dozen zien. Dus flappen naar binnen vouwen, maar ook weer niet te veel naar binnen, want ook dat zorgt voor problemen. En zeker geen artikelen die boven de doos uitsteken!
We druipen weer af naar ons werk. Het is druk, er zijn veel orders. Vanwege de sinterklaasperiode moeten we minimaal 125 artikelen picken per uur. Zo niet dan presteer je onder de maat.
In de eerste pauze komen via de mobiel de eerste felicitaties binnen. Ik beantwoord ze meteen. Het kwartiertje vliegt om. Ik vergeet mijn broodnodige boterhammen te eten en water te drinken.
Na de break staat de teamleider me op te wachten. Ik heb iets fout gedaan. Artikelen die niet in de dozen of kratten passen moet je op een speciale manier afmelden. Ik heb de doos niet ‘vol’ gemeld. Nu heeft iemand de spullen bij elkaar gezocht die ontbreken, terwijl op de picklocatie nog voldoende artikelen lagen. Of ik even alles wat ik als ‘short’ heb gemeld terug wil brengen. Ik moet mijn kar in de steek laten en het bedrijf door met een blauw krat dat zwaar is vanwege zakken koffiebonen, kleerhangers en opbergboxen. Ik ben ontstemd en zet het krat met een klap op de desk van de troubleshooter. Een uur lang loop ik te morren door de gangen en grijp vaak uit frustratie in het verkeerde vak: wat denken ze wel, alsof je een klein kind bent!
De dag duurt erg lang en mijn vermoeide lijf begint op te spelen. Je sjouwt op zo’n dag toch gauw meer dan twintig kilometer met veel bukken en strekken.
Om kwart voor vier moet orderpicker 13 – dat ben ik – zich melden bij de desk. Oei, wat nu weer? Ik hijs mijn broek op die door gewichtsverlies op mijn kont hangt en loop naar de desk. De teamleider zegt me dat ik moet gaan inpakken bij consolidatie. Ik pak de plastic box met mes, pen en tapeplakker en loop naar de vrije inpaktafel. Daar denk ik: hoe ging het inloggen ook alweer? Het is enige weken geleden dat ik voor het laatst heb ingepakt. Als ik in het juiste programma zit, scan ik het eerste krat waarin twee lelijke spaarvarkens zitten. Die zijn breekbaar, dus ze moeten worden ingepakt in bubbelplastic. Als ik dat gedaan heb, wil ik het adres en de bon uitprinten en druk daarvoor op F5. Ik krijg een foutmelding. Hoe kan ik het ongedaan maken? F6 werkt niet. Uiteindelijk vind ik met hulp van de collega aan de tafel achter me uit wat er is misgegaan. Ik ben vergeten de varkens te scannen, dus ze moeten weer uit het noppenplastic worden gehaald om ze te kunnen identificeren.
Onderhand ben ik een kwartier met één order bezig. Erg onrendabel als je 150 artikelen per uur moet verwerken. Had me lekker laten doorgaan met orderpicken, daarbij zat ik in mijn ritme. Het is de wondere wereld van de e-commerce.
Een paar bestellingen verder gaat de bel ten teken dat we uit kunnen klokken en dat het einde werkdag is. Opgelucht dat ik tenminste anoniem jarig kon zijn. rij ik in het donker terug naar huis.