In de jaren ’80 kleuren sommige steden in Nederland oranje en dan heb ik het niet over de hoogtijdagen van het Nederlandse voetbalelftal, maar over de volgelingen, ‘sannyasins’, van de Indiase goeroe Bhagwan Sri Rajneesh, die zich in die kleur kleden. In de beide steden waar ik studeer kom ik ze regelmatig tegen. Het meest in Amsterdam, maar ook Kampen heeft haar eigen bescheiden aanhang, die je meestal in het eetcafé De Moriaan kunt treffen.
De beweging zet zich af tegen de bestaande religieuze en maatschappelijke orde en leider Bhagwan verkondigt een boodschap van radicale individuele bevrijding. ‘Voor mij moet de mens niets afwijzen of onderdrukken wat hem gegeven is. Laat je innerlijke bloei op de eerste plaats komen,’ aldus de goeroe. Meditatie is de bron tot bewustwording. Het concept van vrije seks speelt een grote rol, partnerruil wordt actief gepropageerd. Op het hoogtepunt van de beweging zijn er in Nederland zo’n vijftien duizend volgelingen, waaronder de zanger Ramses Shaffy, die zich in die tijd Swami Ramses noemt.
Toch ken ik de sannyasins het meest van het nachtleven in de disco in Amsterdam aan de Oudezijds Voorburgwal. Zorba the Buddha is een populaire tent. Met een oud-huisgenoot uit Kampen die nu in Amsterdam studeert ga ik daar vaak naartoe als ik een nachtje bij hem blijf slapen vanwege twee dagen colleges achter elkaar aan de UvA. Het is er altijd gezellig druk. Soms moet je buiten in een lange rij wachten om binnen te komen. Er komt een gemêleerd publiek. Niet alleen de sannyasins dansen er in hun rood-oranje kleding met de mala om de nek (kralenketting met een hangertje waarop een afbeelding van de Bhagwan staat) en hun bloten voeten. De muziekstijl varieert van Michael Jackson tot psychedelische nummers. Er wordt veel ‘geworshipped’ en men is heel fysiek: veel huggen en knuffelen. Ik laat zulke groepshuggen maar over me heen komen. Ik heb vernomen dat als het gaat om meer dan knuffelen er andere, strenge hygiënische regels gelden: tijdens het hebben van seks moet men plastic handschoenen dragen en condooms gebruiken. Dat heb ik dan weer niet aan den lijve ondervonden.
De sfeer is goed tijdens zo’n avond en erg vriendelijk. Je zou qua inrichting verwachten dat alles rood-oranje gekleurd is, maar de ruimte heeft een futuristisch hagelwit interieur. Het is een erg schone disco. Tenminste die indruk krijg ik. Er loopt veel Bhagwanpersoneel rond met stoffer en blik om de gemaakte ‘rommel’ direct op te ruimen.
We hebben er vermakelijke avonden, vaak tot laat wat ik de volgende dag in de collegebank weer moet bezuren. Terugkijkend is de disco aan de Oudezijds Voorburgwal eigenlijk een loungeclub avant-la-lettre. Hun manier van feesten leek toen al op hoe we nu op houseparty’s vieren, compleet met xtc voor diegene die daar behoefte aan heeft.