Sinds het begin van de coronacrisis zijn Hilversummers vaker gaan klagen over kapotte straatlantaarns, losse stoeptegels, zwerfvuil en andere overlast op straat. Als je erop gaat letten zie je overal afgedankte mondkapjes liggen. Nu we veel thuis moeten blijven kunnen de gemoederen onderling ook oplopen. Dat merk ik ook in mijn eigen omgeving. Met z’n zessen wonen we in ons trappenhuis en al enkele maanden is er iets raars aan de hand. Sommige bewoners hebben de neiging om de gemeenschappelijke ruimte, waaronder ook de trap valt te gaan gebruiken als extra leefruimte. Zo verschenen er schoenen voor de deur. Dat kan als het een keer flink regent, of je hebt door de modder gebaggerd en wilt ze even buiten laten drogen. Maar deze schoenen van jong tot oud staan er altijd. Je kan natuurlijk denken waar maak je je druk om stap er overheen of loopt erlangs. Maar bij sommigen ligt dat gevoelig. Bij mij riep het plannen op om voor Sinterklaas te gaan spelen door er ‘s nachts een surprise in te leggen, een chocoladekikker of iets dergelijks. Als een stille hint. Maar gelukkig heb ik dat ludieke idee niet uitgevoerd en me zo buiten de gevarenzone gehouden.
Op een ochtend zijn alle schoenen verdwenen. Probleem opgelost zou je denken, maar verre van dat. Een boze bewoner heeft ze overal ‘verstopt’. ’s Middags staat de eigenaar van de schoenen voor mijn deur. Of ik aan de schoenen heb gezeten?
‘Nee.’
‘Oké dan weet ik genoeg.’
Later hoor ik – als de dader thuiskomt – een felle discussie in het trappenhuis. Het gaat er hard aan toe.
De volgende ochtend staan alle schoenen weer op een rijtje voor de deur.
Maar daarmee is het probleem nog niet opgelost. Een andere bewoner vindt in de schoenen een bevestiging om alles wat eigenlijk in een prullenbak hoort, buiten de deur op het matje te zetten. De ene dag twee wijnflessen, de andere dag een afgedankte stoel of de verpakking van een internetbestelling. Soms denk ik wel wat zal er in de doos hebben gezeten? Ik maak er maar een raadsel van. Als je je eraan gaat ergeren heb je er in dit geval alleen jezelf maar mee. Maar hoe moeilijk is het om je spullen binnen je eigen muren te houden? Het zal wel bij ons trappenhuis horen. Kortom elke dag staat er wel iets voor een deur.
Voor de schoenenverstopper deze week aanleiding om weer het ongenoegen te uiten en de deur van de vuilnisbuitenzetter te barricaderen met het eigen afval, zodat je er bij het openen onder bedolven wordt. Als ik het zie krijg ik een glimlach op mijn gezicht en denk daar gaan we weer.
Gisteravond laat hoor ik allerlei gestommel in het trappenhuis. Vanochtend bij het halen van de krant zie ik dat alle dozen een verdieping zijn verplaatst en de deur van de dader volledig blokkeren.
Misschien moeten we eens met z’n allen om de tafel gaan zitten om de sfeer niet verder te verzieken. Leven en laten leven, maar dat is blijkbaar moeilijk.