Op zoek naar Amy
Midden in de Donau, ter hoogte van Wenen, ligt een
kunstmatig eiland waarop elk jaar het openluchtfestival Donauinselfest plaatsvindt.
Tijdens mijn vakantie val ik met de neus in de boter. Het is het grootste gratis
festival in Europa en de komende drie dagen worden er drie miljoen bezoekers
verwacht.
Hoe dichter ik in de buurt van het eiland kom hoe meer de
grootsheid van het festival zich aan mij opdringt. Het is de dertigste editie
van dit evenement met een breed scala aan concerten van rock, pop, rap, hip
hop, elektronische muziek, dj’s, folk, metal, en alles wat er tussen zit. Naast
muziek is er van alles te doen op gebied van sport en spel. Voor jong en oud.
Wenen zit midden in een hittegolf. Het warme weer zorgt
ervoor dat iedereen luchtig gekleed is. Er zwemmen nog mensen in de Donau. Vanuit
de metro begeef me in een woud van lijven in allerlei afmetingen. Alles krioelt
door elkaar. Rondom de kraampjes met snuisterijen zoals vlaggen, hoedjes en
zonnebrillen ontstaan opstoppingen. Bij de eettentjes is er echt geen doorkomen
aan.
Ik zweet me kapot, ondanks dat de zon langzaam ondergaat.
Het blijft zwoel en de mensenmassa biedt geen gelegenheid voor een verfrissend
briesje. Als Lowlandsganger ben ik wel wat gewend, maar hier zijn toch wel erg
veel mensen.
Hoofddoel van mijn bezoek is Amy Macdonald, die op podium
acht rond half tien zal optreden. Ik heb me totaal verkeken op de omvang van
het eiland dat maar liefst eenentwintig kilometer lang is en tweehonderdvijftig
meter breed. Ik ben aan de verkeerde kant het eiland opgestapt en zal van
podium dertien terug moeten lopen. Nou, zeg maar schuifelen, want erg makkelijk
kun je je niet bewegen. Noodgedwongen blijf ik bij een schlagerpodium steken.
Niet meteen mijn favoriete muzieksoort, maar de totaal in witte outfit gestoken
mannen zien er stuk voor stuk appetijtelijk uit. Norwand heet de groep, zegt
mijn programmaboekje. Gelukkig komt er na een nummer of vier weer schot in de
zaak en kan ik verder schuifelen.
De Weense muggen hebben me inmiddels ook ontdekt. Als ik
ergens wat drink word ik meteen lek geprikt. Niet alleen benen en armen, zelfs
op mijn voorhoofd. Waarschijnlijk zijn ze dol op mijn zweet. Ik vlucht weg,
maar dat helpt niet.
Ondertussen begin ik hem te knijpen, want ik ben nog lang
niet in de buurt van podium acht. De tijd dringt en de rij mensen staat opnieuw
muurvast. Met wild door de meute heen banjeren zal ik geen vrienden maken, dus
ik houd me in. Langzaam kom ik weer een podium verder. Elke vrije ruimte benut
ik om vooruit te komen in de eindeloze file.
Uiteindelijk ben ik in de buurt van de bühne waar Amy zal
optreden. Drie grote videowalls kondigen haar komst aan. Opgelucht blijf ik op
een immens grasveld staan. Overal liggen en zitten mensen. Het podium is nog
ver weg, maar ik ben het dringen en schuifelen zat en heb geen zin om een
poging te ondernemen om dichter bij het podium te komen. Ik zoek een plekje
waar ik nog een beetje ruimte heb en waar ik goed zicht heb op de schermen. Ik
deel mijn schaarse ruimte met de weerbarstige muggen.
Een luid gejoel klinkt uit het publiek als de eerste
klanken van de band over het veld rollen. De meeste fans gaan staan. Kippenvel
ondanks de hitte als de zangeres in een rood zomerjurkje met een zwarte hoed het
podium betreedt. Door de grote schermen kan ik haar goed zien.
Give me a guitar and I’ll be your troubadour
Give me a stage and I’ll be your rock and roll queen
Pas bij het derde nummer kom ik erachter dat er iets niet
klopt. Ik blijk achter het podium te staan. Hoeveel mensen zijn er dan wel niet
aan de voorkant? Nu snap ik die miljoenen bezoekers per dag wel. Ook Amy is
onder de indruk van de grote opkomst als ze ons toespreekt met dat prachtige Schotse
accent. ‘And the next track is Don’t tell me that it’s over.’
Om het plaatje perfect te maken staat de volle maan boven
het podium en zorgt zo voor extra ambiance.
‘Have you seen the full moon? I turn into a weerwulf
under the full moon, so watch out.’
Voor mij zwaait een zee van handen van links naar rechts.
Ik geniet met volle teugen van haar performance.
‘Thank you for having us tonight, I hope you have a
wonderful day.’
Luid applaus.
‘This last track is a song called This is the life.’
Opnieuw luid handengeklap.
De toegift is haar grootste hit.
And you wake up in the morning and your head feels
twice the size
Where you gonna go, where you gonna go, where you
gonna sleep tonight?
Ik besef dat ik mijn oorspronkelijke plan om nog even te
gaan kijken bij het optreden van Johnny Logan – ja, die van het
Eurovisiesongfestival – wel kan vergeten. Zijn concert is op podium tien en het
zal een eeuwigheid duren voordat ik daar ben. Ik ga in het gras zitten om na te
genieten. Mijn voetzolen branden van het lange staan. Al snel word ik weer door
de muggen belaagd. Gaan die krengen dan nooit slapen? Het heeft geen zin ze weg
te wuiven. Ik moet andermaal vluchten. Moeizaam kom ik overeind en zie dat de
lucht achter me steeds donkerder kleurt. Zal het gaan onweren? Bij de
dichtstbijzijnde brug besluit ik naar de U-bahn te schuifelen. Dat is best wel
een gevaarlijke klus, want in het donker zie je de kuilen en oneffenheden niet.
En ik moet er niet aan denken om tijdens mijn vakantie een verstuikte enkel of
erger op te lopen. Bij de brug zie ik dat er nog steeds mensen naar het eiland komen.
Gelukkig arriveer ik heelhuids bij het metrostation. Een enorme politiemacht probeert
alles in goede banen te leiden. Het is dringen om de metro binnen te komen. Ik
sta in een bundel opgepompte mannen, al dan niet in een bezonken staat. Een van
de bodybuilders hangt zwaar over me heen. Ik vind het niet erg. Hij is beter
gezelschap dan de muggen.
And where you gonna go, where you gonna sleep tonight?
dreunt na in mijn hoofd.
Prompt vergeet ik bij de juiste halte uit te stappen en
moet ik voor straf een eind teruglopen naar mijn appartement. Eenmaal binnen
ervaar ik eindelijk ruimte, bewegingsvrijheid en rust. En geen muggen!