Opgelicht?!

In de aankomsthal van het vliegveld in Dublin sta ik op een goede vriend te wachten. Hij komt aan met een vlucht uit Barcelona waar hij momenteel woont en werkt. We hebben afgesproken om een weekendtrip Dublin te doen. Na mijn enthousiaste verhalen is hij benieuwd naar de Ierse hoofdstad en het is een mooie gelegenheid om elkaar na de zomer weer in levende lijve te zien.

Het vliegtuig heeft vertraging en geduldig wacht ik af. Eindelijk gaan de schuifdeuren open en daar is hij! Met bus 41 gaan we naar de stad waar we een kamer hebben genomen in Isaacs hostel. Nadat de spullen zijn achtergelaten gaan we vlug naar Temple Bar area voor een pint en meer…

Het is goed om elkaar weer te zien, maar toch hangt er een grauwsluier over het weekend. Voor mezelf kan ik het verklaren. Begin januari ben ik aan een nieuwe baan begonnen. De TROS heeft het productiehuis voor het programma Opgelicht! aan de kant gezet en produceert het programma nu zelf met een geheel nieuw team waarvan ik een van de item-regisseurs ben. Ik heb op de vacature gereageerd met het idee wie niet waagt wie niet wint, en ik was een van de gelukkigen. Maar zo gelukkig voel ik me niet. Het is een programmasoort dat me totaal niet blijkt te liggen. Jagen op fraudeurs en oplichters is niet mijn ding ben ik al snel achter. Van kruimeldieven tot criminele bendes alles zit er tussen. Het bedenken van trucs om de boeven te vangen, het verborgencamerawerk, bedriegers met draaiende camera aanspreken op hun daden, er desnoods achteraan rennen, het voelt niet goed. ’s Nachts lig ik wakker van de malafide praktijken en ik ga met tegenzin naar het werk.

Kortom ik ben behoorlijk gestrest en zit niet lekker in mijn vel en dat heb ik meegenomen naar Dublin. In plaats van te genieten van het weerzien van een goede vriend in een leuke stad, voel ik me beroerd. Het weer in Dublin zit tegen, het regent en is koud – wat wil je ook eind januari. Ik merk dat de vriend teleurgesteld is over de stad. Misschien heeft hij te hoge verwachtingen. Trinity College, Book of Kells kunnen hem niet bekoren en de Guinness smaakt niet lekker. Bovendien vindt hij de Ieren maar lelijke mensen. De gesprekken lopen stroef en we krijgen ruzie over elkaars wederzijds gesnurk. In plaats van genieten voelt het alsof je op je tenen moet lopen. Het is geen ontspannen weekend.

Totaal niet uitgerust en met lood in mijn schoenen meld ik me maandagochtend weer op de redactie van Opgelicht?! De eindredacteur kijkt me aan en zegt: ‘Jan, we moeten even praten.’

Het gesprek duurt niet lang. Ik zit nog in mijn proefperiode en het lijkt beide partijen beter om naar een andere itemregisseur uit te gaan zien. Opgelucht verlaat ik het pand.

Geef een reactie