Ik ben niet groot geworden met stripverhalen. Of het moet zijn dat ik meedeed om de rebus op te lossen in het tv-programma EO Kinderkrant, waarbij je een verrassing kon winnen. Meestal een stripboekje van de bijbel. Ik heb veel van deze strips gewonnen. Mijn vermoeden is dat iedereen die het goed had er eentje thuis gestuurd kreeg.
Pas tijdens de Latijnse lessen leerde ik de avonturen van Asterix en Obelix kennen. Nog later in mijn theologiestudie Suske & Wiske, Guus Flater en andere beroemde strips, omdat de boekenplank van een huisgenoot er vol mee stond. Toch weet ik hoe belangrijk een beeldverhaal, strip of juist een cartoon kan zijn. Stripverhalen bevatten humor en de zinnen of dialogen zijn vaak kort en prettig leesbaar. De illustraties ondersteunen het verhaal en prikkelen de nieuwsgierigheid. Met strips kun je op een makkelijke manier kennis overbrengen. Veel kinderen hebben er met plezier door leren lezen. Denk aan de Donald Duck.
Met belangstelling volg ik twee striptekenaars in de Volkskrant. Peter de Wit met zijn onconventionele eenogige psychiater Sigmund die wrange en cynische commentaren levert op de wereld om hem heen. De naam is niet voor niks afgeleid van de oer-psycholoog Sigmund Freud. Sigmund is zelden subtiel, maar altijd scherp en actueel. Sigmund tovert een lach op mijn gezicht. Hij zorgt voor relativering en doet me grimlachen om de menselijke gebreken.
Daarnaast de wat ruwere Gertjan van Leeuwen, oftewel Gummbah, cartoons die drie keer per week op de achterpagina staan. Niet iedereen kan Gummbah waarderen. Sommigen vinden ze grof, onsmakelijk of seksistisch. Vaak roepen ze boosheid, walging en onbegrip op. In de loop der jaren zal de Volkskrant veel brieven van klagers hebben binnengekregen. Toch staan de Gummbahs al vijfentwintig jaar in de krant. Zelf kan ik de humor er wel van in zien. Zijn tekeningen zijn zo fantastisch omdat het zo bizar en genadeloos confronterend is. Zijn figuren waaronder Deirdre, clown Leo tot Fout varken zijn vaak uitgezakt en van elke aantrekkelijkheid ontdaan. Iedere strip wordt van een kort commentaar of uitspraak voorzien. Ze zijn allemaal shockerend. Bedoel om een reactie op te roepen en dat lukt want hij krijgt er veel mensen mee op de kast. You love it, or you hate it.
In tegenstelling tot Sigmund die vaak inhaakt op de actualiteit zijn de Gummbahs tijdloos. Veelvuldig zijn het twee kerels die naar een minimalistisch of nietszeggend kunstwerk kijken en er een opmerking over maken. Gummbah heeft blijkbaar een fascinatie voor het woord KUT, dat vaak terugkomt. Of hij laat zijn personages uitroepen: ‘Ik haat mijn leven!’
De strips van beide tekenaars die me het meest aan het lachen maken, knip ik uit. Sommigen daarvan komen op het prikbord in het toilet terecht. Als ik me weer eens grumpy voel hoef ik maar naar deze plaatjes te kijken voor voldoende zelfspot en zelfreflectie. Mijn dag is dan goed begonnen.