Maandag 23 juli, rustdag 2
‘De Tour win je in bed’ is de gevleugelde uitspraak van Tourwinnaar Joop Zoetemelk. ‘Hij kan het weten,’ beaamt Robert Gesink. We treffen hem op deze rustdag in zijn hotelkamer waar hij in de koelte van de airco nog even een powernapje probeert te doen. Op het nachtkastje staat een wekker met langzaam sterker wordend licht. ‘Van de sponsor gekregen,’ grinnikt Gesink. ‘Ik slaap op een aangepast bed van Mline, dat overal mee naartoe gaat.’
In het huidige peloton wordt veel aandacht besteed aan de ‘slaaphygiëne’. Wat een vies woord eigenlijk, alsof de wielrenners met hun handen boven het laken moeten slapen, maar dat wordt er niet mee bedoeld. Ploegen besteden serieus aandacht aan een goed herstel van hun renners, daarbij is een goede nachtrust heel erg belangrijk. ‘We slapen met verduisterende gordijnen en mobiele airco, voor de juiste slaapkamertemperatuur. ‘s Avonds voor het diner krijgen we het verzoek om de thermostaat tussen de 16 en 18 graden te zetten; de ideale temperatuur om in te slapen.’
‘Het moeilijkste tijdens zo’n ronde is inslapen,’ legt Mathieu Heijboer (hoofd van de trainersstaf van Lotto-Jumbo) uit, die even bij Gesink komt buurten. ‘De finish is vaak laat, renners zitten nog vol adrenaline. Voordat ze de lichamelijke, maar vooral de geestelijke rust hebben gevonden om in te slapen, zijn ze zo een paar uur verder.’ Ploegen die meedoen aan de Tour de France slapen in door de organisatie aangewezen hotels. ‘Op matrassen die zijn ontworpen voor zakenmensen en toeristen,’ schampert Gesink. Vandaar dat ook Lotto-Jumbo over eigen, op maat gemaakte matrassen beschikt. ‘Je stuurt de renners toch ook niet met een tweedehandsfiets de bergen in?’ vult Heijboer aan. ‘Ruim voor de start van de Tour hebben we studie gemaakt van de hotels waarin de ploeg verblijft. Het liefst leggen we onze renners in kamers op de hoogste verdieping, op het westen, zodat ze ’s morgens geen brandende zon door hun ramen zien schijnen, en geen last hebben van wegrijdende auto’s op de parkeerplaats. En liefst zo ver mogelijk weg van de lift, zodat ze niet gehinderd worden door omgevingslawaai.’
‘Een goede slaap zorgt voor mentale rust’, stelt Heijboer. ‘Zodra onze renners gesloopt van hun fiets afstappen, hoeven ze zich niet af te vragen: waar kom ik terecht? Nee, ze weten: straks kan ik rusten in een perfect geprepareerde slaapkamer. Een slechte nachtrust is geen excuus meer om niet goed te presteren.’ Gesink trekt even zijn smalle wenkbrauwen op. ‘En die verduisteringsgordijnen zijn ook erg belangrijk. Bij slaap draait het om melatonine, een hormoon dat slaap reguleert op basis van licht. Als het lang genoeg donker is, wordt melatonine aangemaakt. Bij licht stopt de productie. Vandaar die gordijnen,’ besluit Heijboer. ‘Sommigen plakken zelfs het standby-signaal van hun tv nog af,’ zegt Gesink. ‘Je kan natuurlijk ook je boerenverstand gebruiken en de stekker eruit trekken. Ja, er is veel veranderd, vroeger nam ik alleen mijn eigen kussen mee.’
Samen met de hoofdtrainer verlaten we de hotelkamer en gunnen Gesink nog even zijn rust. Robert maakt van de gelegenheid gebruik en zet zijn koptelefoon op en zoekt op zijn mobiel de app Headspace met rustgevende oefeningen. # TDF2018