Op de valreep van Vaderdag -als de walmen van de BBQ zijn opgetrokken- een kleine overdenking over ‘vaders’ in boeken en films. Er gaat heel wat mis in vader-zoonrelaties, merkte ik de afgelopen weken. Niet iedere zoon heeft een goede band met zijn vader. Komt het ooit nog goed tussen vaders en zonen? Ik vrees het ergste. Een vader kun je niet kiezen, noch een zoon.
Als je de autobiografische romancyclus van de Noorse schrijver Karl Ove Knausgård leest valt het meteen op. Karl Ove kan totaal niet met zijn vader overweg. Het is zwijgen of grommen, mijden of verdommen. ‘(Hij -de vader) zei dat hij niet begreep waarom ik er wilde uitzien als een idioot en dat hij zich ervoor schaamde mijn vader te zijn.’ Je kan ook dagelijks met je vader botsen, zoals Jelle Brandt Corstius. ‘Maar als hij er dan niet meer is, dan is de wereld een stuk leger,’ schrijft hij in ‘As in tas’. Dit boek is zowel een reisverhaal als een liefdevol gedenkschrift. De vader van schrijver Gustaaf Peek is ook overleden. Hij had volledig met zijn vader gebroken. ‘Hij had zelden een vriendelijk woord voor mij over’, vertelt Peek in een interview. ‘Ik moest rechten gaan studeren. Hij wilde niet dat ik schrijver zou worden […] Ik koos ervoor geen contact meer met hem te hebben.’ ‘Tonio‘, het lijvige boek van A.F.Th van der Heijden is een requiem, de verwerking van de dood van zijn zoon. Een ervaring die geen ouder zou mogen mee maken, maar het gebeurd. De vader in ‘Karakter’ van Bordewijk werkt zijn buitenechtelijke zoon tegen in zijn pogingen om advocaat te worden. Of heeft deze tegenwerking de zoon juist grootgemaakt? Niet bepaald een hartverwarmende vader-zoonrelatie. Maar in een verschrikkelijke vader kan ook liefde verscholen zitten. Mike van Diem die het boek verfilmd heeft zegt dat veel producenten in Hollywood smullen van een ingewikkelde verhouding tussen vaders en zonen. En de relaties kunnen in dramatisch opzicht erg ingewikkeld zijn. Troonopvolging, competitiedrang, jaloezie en het Oedipuscomplex worden regelmatig door de creatieven uit de kast gehaald. Misbruik, geweld, drugs en criminaliteit kunnen de familiebanden danig in war schoppen. Herkenning en projectie spelen bij de waardering van films en boeken een rol. De mannelijke kijker/lezer kan daarbij mijmeren over de eigen verhouding met zijn vader, of de huidige met zijn zoon. Kunst biedt een schat aan vergelijkingsmateriaal. Filmer Robert Jan Westdijk bracht vorig jaar ‘Waterboys’ uit waarin vader en zoon beiden worstelen met liefdesverdriet en elkaar op een reis door Schotland beter gingen begrijpen. Deze film staat in schril contrast met het Deense drama ‘Festen’. Tijdens een familiediner confronteert een zoon zijn vader met diens verderfelijke gedrag. De verhoudingen zijn daarna voorgoed verstoord. Een keiharde film. Tot slot het rake gedicht van de overleden columnist Nico Scheepmaker over zijn vader.
Mijn vader werkte, thuis, op zijn kantoor.
Ik wist niet beter of daar was hij voor.
Hij schreef miljoenen cijfers in de boeken
en ik deed weinig moeite hem te zoeken.
Pas nu ík vader ben komt ook mijn vader
bij elke stap van Sara mij steeds nader:
hij wás er dan toch maar, en hield van mij,
al ging dat ongemerkt aan mij voorbij.
Niet helemaal, maar zijn onhandigheid
vermengde zich met zijn gebrek aan tijd
waardoor wij tussen al het grappen maken
alleen nog samen over voetbal spraken.
Zo kwamen wij, op parallelle wegen,
elkaar in feite nooit ’n keertje tegen.
Veel zonen en vaders zullen zich in een of meer van bovenstaande teksten herkennen. Zelf zie ik vooral een hardwerkende vader voor me die dingen met weinig woorden kon zeggen. Een vader met een warm en groot hart. Een vader die het best moeilijk zal hebben gevonden dat ik niet de opvolger van zijn bedrijf werd of zorgde voor nageslacht. Maar wel de vader die me oogluikend alle vrijheid gaf om te worden wie ik wilde zijn. Op een dag als vandaag is het jammer dat hij er lijfelijk niet meer bij is.