Verkeersboetes

Een auto is een fijn en praktisch vervoermiddel. Bij ons thuis hadden we geen auto, dus sinds de dag dat ik er zelf een heb, is het een heilige koe voor me. Wat heb ik in mijn jeugd die regen en wind vervloekt, en alles maar op de fiets te moeten doen. Nu geeft een eigen auto me een enorme vrijheid om te kunnen gaan en staan waar ik wil. Niet op tijden van openbaar vervoer te hoeven letten. Geen klamme regenjas aan te moeten trekken, omdat het regent en je er toch uit moet. Heerlijk. Ik doe alles met die auto. Te veel wellicht, het zou voor lijf en leden, en milieu goed zijn daar bewuster mee om te gaan en eens wat vaker de fiets te nemen om boodschappen te doen of de trein te nemen om een stad te bezoeken. Maar de verleiding en het gemak is zo groot. Zeker in deze tijd is het hebben van eigen vervoer een grote pre boven een mondkapje moeten dragen in het openbaar vervoer.

Een auto is echter ook een behoorlijke melkkoe. De overheid verdient er goed aan. Als je een avondje gaat stappen in Amsterdam en je parkeert in het centrum dan ben je zo veertig euro kwijt. Dat is natuurlijk een keuze. Er zijn alternatieven. Autorijden is duur. Je moet om de weg op te kunnen wegenbelasting betalen. Hoe zwaarder je bent, hoe meer euro’s je mag neertellen. Er moet benzine in, en je denkt: ik heb toch aan het begin van de week de tank volgegooid, hoe kan het dat het oranjelampje nu alweer brandt? Een appje van de garage dat je 15.000 duizend kilometer hebt gereden en je auto nodig aan een servicebeurt toe is. Zonder rare dingen: 350 euro. ‘Hier meneer, uw auto, kunt u weer fijn een tijdje vooruit!’

En dan heb ik het nog niet over de verkeersboetes. In het verkeer bestaan regels waar je je aan dient te houden en als je dat niet doet, en je wordt betrapt, dan zul je dat voelen in je portemonnee.

Vorig week voor het eerst sinds de lockdown weer de snelweg op geweest en ik realiseerde me dat al enkele maanden een nieuwe maximumsnelheid geldt overdag. Gevoelsmatig zit er wel een verschil tussen 130 kilometer per uur of 100. Wat gaat dat traag, voor je het in de gaten hebt, rijd je 20 kilometer te snel. Oei, ik zal daar echt rekening mee moeten gaan houden, want anders betaal ik mij de komende maanden blauw. Toch maar die cruisecontrol gaan gebruiken, dat kan nuttig zijn.

Menigmaal valt bij mij zo’n enveloppe met een paars randje op de mat. Het banknummer van het CJIB staat standaard in mijn betalingsvoorkeuren. De vergrijpen zijn verschillend. Als het te hard rijden in de bebouwde kom van Hilversum is dan zal het rond de 40 tot 60 euro zijn. Maar het wil ook voorkomen dat ik bij de kleine spoorbomen bedenk dat ik toch niet linksaf wil, omdat er een trein aankomt en je daar behoorlijk lang kunt staan te wachten. Dus op het allerlaatste moment verwissel ik van rijbaan en besluit toch rechtdoor te rijden. Geen politieagent, of andere handhaver te bekennen, tenminste ik heb niks gezien, en toch twee weken later zo’n paars geval. Bij het openvouwen wens je dat je het geduld had gehad om te wachten en niet voor een alternatieve route had gekozen, want nu wordt je vriendelijk verzocht voor een bepaalde datum 239 euro over te maken. Er zit een tijdje tussen de aanslag en de datum van uiterste betaling, dus je denkt uit pure frustratie: ze wachten nog maar even! Maar o wee als die rekening onder op het stapeltje komt te liggen en je wacht te lang, dan is een forse verhoging van het genoemde bedrag het gevolg. Nog meer zuur geld. De les is om het verlies maar meteen te nemen en het bedrag direct over te maken.

Je gaat met de auto naar het centrum. Je wilt even vlug een boodschap doen. Zin om een parkeergarage in te gaan heb je niet en je probeert zo dicht mogelijk bij de winkel te komen. Gelukkig, laat er nou net een plekkie vrij zijn. Parkeren, auto afsluiten, rennen naar de winkel, onderweg denken: shit, ik had geld in de automaat moeten doen, ach ik ben hooguit even weg, om nu weer terug te gaan. Een paar minuten later wappert er een wit papiertje onder je ruitenwisser. Bah, parkeren op een invalideplek! Een dubbele aanslag. Geen wonder dat die plek nog vrij was, niet opgelet, stom. Volgende keer niet weer doen. Haastige spoed is zelden goed. Dure les, Jan!

Op de snelweg heb je lekker de vaart erin. Je denkt nog wat rijdt iedereen plotseling langzaam, terwijl je op de linkerbaan voortraast. Je hebt de flitser die verdekt stond opgesteld niet gezien en betaald daar later een pittig prijsje voor.

Je nadert een stoplicht en wilt afslaan naar rechts, er rijden auto’s voor je en je schat in dat je net door het oranje licht kunt glippen. Pech, de auto voor je doet er langer over om de bocht te nemen, je bent doorgereden en ziet in je achteruitkijkspiegel een flits. Je nummerbord herkenbaar op de foto van de flitspaal, verkeerslicht duidelijk op rood. Een foto die je liever niet had gezien.

Je organiseert een vrijgezellenfeestje. Van alle windstreken komen vrienden naar Amersfoort, de meesten met de auto. Je bereidt alles zorgvuldig voor en zoekt een gratis parkeerplek in de buurt van de eerste afspraak en vermeldt dat in de uitnodiging, compleet met routebeschrijving. Op de zaterdag van het feest zijn er werkzaamheden en het parkeerterrein is afgesloten met hekken. Je bent nog niet ter plekke of je wordt via app en telefoon op de hoogte gehouden dat er iets niet klopt in je planning. Om elkaar niet kwijt te raken, besluit je te wachten tot iedereen er is en in de wijk een andere parkeermogelijkheid te zoeken. In colonne rijden we een woonbuurt in en vinden een mooie plek nabij een school om onze auto’s te parkeren. Na een geslaagde dag komen we ’s avonds bij de parkeerplek terug. De eerste roept: ‘Ik heb een bon!’ ‘Nee, ik ook!’ Zeven bekeuringen, kassa, weg fijn gevoel. We lopen naar het begin van de straat om te zien of we een bord gemist hebben. Waar zijn hier dan parkeerautomaten? Nee, nergens te vinden. Procederen omdat je vindt dat de boete onterecht is en afgewezen worden. We waren zonder het in de gaten te hebben een gebied binnen gereden waar parkeren alleen mogelijk was voor mensen met een parkeervergunning. Blijkt dat er aan het begin van de wijk een algemeen bord stond over dit parkeerbeleid.

Het stemt je niet vrolijk. Hoe vaak neem ik me niet voor: let op, mag ik hier staan? Hoelang zal ik hier zijn? Wat is de maximumsnelheid? En toch blijft de overheid me verblijden met paars gerande enveloppen. Dus nu moet ik echt gaan opletten en me beter aan de regels gaan houden, want je kunt zoveel andere leuke dingen doen met het bedrag dat je jaarlijks overmaakt naar Leeuwarden of de gemeente Hilversum.

Geef een reactie