De gestolen schreeuw

Sneeuw dwarrelt langzaam naar beneden in de schansspringarena Lysgårdsbakken. De openingsceremonie van de Olympische Winterspelen in Lillehammer is in volle gang. Een Noorse skispringer brengt de vlam vanaf de schans het openluchtstadion binnen.

Ondertussen maakt een dief in Oslo gebruik van alle (politie-)aandacht die uitgaat naar dit evenement. Op een knullige manier steelt hij ‘De Schreeuw’, het beroemde schilderij van Edvard Munch.

Bewakingsfilmpje

De volgende ochtend zendt de Noorse televisie een bewakingsfilmpje uit waarin te zien is dat een man een ladder tegen het Nasjonalgalleriet zet en naar boven klimt. Eerst valt hij met ladder en al naar beneden. Een tweede poging volgt. De dief slaat een raam in en verdwijnt naar binnen. We zien een tweede man die het schilderij opvangt, dat een tiental seconden later naar buiten wordt gegooid. De mannen zijn vanwege de matige kwaliteit van het beeldmateriaal niet te identificeren.

In de vroege februariochtend zijn de wapperende gordijnen, een gebroken glas en een achtergelaten trap de stille getuigen van een brutale kunstroof. En een briefje waarop staat: ‘Dank je wel voor de slechte beveiliging van het museum.’

Noorwegen is in rep en roer. Een van de vier exemplaren van ‘Skrik’, hun nationale trots, is spoorloos verdwenen. Honderdduizend mensen komen het schilderij jaarlijks bewonderen. Het drukt het geestelijke leed en de emotionele kwelling uit die Munch tijdens bepaalde perioden in zijn leven heeft gevoeld.

De verdachte

De politie verdenkt vrij snel Pål Enger. Maar ze hebben geen hard bewijs dat hij achter de diefstal zit. Zes jaar eerder heeft deze man een poging gedaan om ‘De Schreeuw’ te stelen. De manier waarop dat gebeurde vertoont grote gelijkenis. Toen stond een imperiaal van een auto tegen een ingeslagen raam. Maar door een misrekening van Enger had hij het verkeerde schilderij van de muur gegrist, ‘Liefde en Pijn’.

De jonge Pål is een veelbelovende profvoetballer, maar hij flirt met de criminaliteit. Hij steelt juwelen en kraakt geldautomaten. Nooit met geweld, nooit bij mensen thuis, en nooit valt hij in handen van de politie. Tot hij besluit ‘De Schreeuw’ te stelen. Van jongs af aan heeft dat schilderij indruk op Enger gemaakt. Met een gewelddadige stiefvader die hem en zijn moeder slaat, herkent hij in de afbeelding zichzelf met zijn handen om zijn gezicht terwijl hij probeert de klappen op te vangen. Het resulteert in de fameuze misgreep van het verkeerde schilderij, waarvoor hij een gevangenisstraf van vier jaar krijgt.

Nieuwe poging

In zijn cel broedt Enger op het perfecte plan om opnieuw een poging te doen ‘De Schreeuw’ te bemachtigen. Nadat hij op tv de toewijzing van Lillehammer voor de Olympische Winterspelen in 1994 heeft gezien, weet hij hoe hij het gaat aanpakken als hij vrijkomt. Hij huurt een handlanger in, zodat de sporen niet zijn richting zullen uitwijzen. Nadat de roof geslaagd is, verbergt hij ‘De Schreeuw’ in het tafelblad in zijn zomerhuisje in de bergen.

Ondertussen probeert de Oslose politie Enger ongezien te volgen en begint een echt kat-en-muis-spel met de hoop dat hij zichzelf zal verraden. Ze krijgen daarbij hulp van Scotland Yard. Iemand van die afdeling geeft zich uit voor een medewerker van het Getty Museum, die wel belangstelling heeft om deze versie van het schilderij te kopen. Daarmee lokken ze de werkelijke dief uiteindelijk in de val. Pål Enger wordt veroordeeld tot zes jaar en drie maanden gevangenisstraf, de langste straf ooit in Noorwegen voor diefstal.

Nu jaren later is er een fascinerende documentaire over deze kunstroof gemaakt en vertelt Pål Enger zijn verhaal: The Man Who Stole The Scream. https://youtu.be/F9dNPOysYTI

Geef een reactie